In de competitie had het eerste elftal op 3 oktober 2020 voor het laatst gewonnen, met 4-2 bij VSW, alvorens we met z’n allen in lockdown gingen vanwege corona. Toen stonden de roodwitten na een ongekende competitiestart aan de leiding in de vierde klasse D. Nu moest in en tegen Kampen worden voorkomen, dat de rode lantaarn in handen werd gedrukt om mee naar huis te nemen. Dat lukte, maar veel moeizamer dan nodig was. Kerkum (zie foto) moest tot diep in de tweede helft wachten (en peentjes zweten) alvorens hij aan het uitpakken van zijn cadeautje mocht beginnen.
En dat terwijl de wedstrijd in de eerste helft al beslist had moeten worden. Want Wijthmen, met Stephan Klei weer in de basis, grossierde vanaf de aftrap op het zompige veld in kansen. Met name de teruggekeerde Jari Ebeling snelde keer op keer door de Kamper verdediging en ramde de bal tot twee keer toe in het doel.
Maar zelfs een verschil van twee doelpunten bleek, net als een week eerder tegen Wilsum, geen garantie voor rust in de Wijthmener gelederen. De ploeg sprong nog een paar keer te slordig om met de kansen, raakte nog een keer de paal (Sven Poppe) en hield de bal niet in de ploeg, zoals je zou verwachten. En toen de tegentreffer op slag van rust uit de lucht kwam vallen, leek het zo spaarzaam opgebouwde beetje zelfvertrouwen weer verdwenen. Niet zo gek na drie onnodige c.q. ongelukkige nederlagen op rij. Terwijl juist winstpunten als de beste remedie gelden om ploegen naar een hoger plan te tillen.
Wijthmen hield Kampen te lang in de wedstrijd. Zelfs toen de tegenstander met tien man kwam te spelen na twee snelle gele kaarten voor de spits. Ook twee roodwitten in vrije positie voor de Kamper doelman wisten de beslissing niet te forceren door een vlaag van onbaatzuchtigheid. Uiteindelijk was het aan Jari Ebeling met zijn derde doelpunt om voor de 1-3 en opluchting te zorgen.
De opstelling: Max Beernink, Stephan Klei, Mark Schonewille, Dylan Fidder, Sven Poppe, Wouter Klei, Nick van Gurp, Sander Nijmeijer, Jari Dunnink (Jim Tijhaar), Max Spijkerman (Dayon Benning) en Jari Ebeling.
